Voeding

De geschikte voeding voor een kwartel hangt af van wat de kwartel gewend is. De meeste kwartels zijn zaadeters. Tortelduivenvoer met wat wildzangzaad en siervogelkorrel is zeer geschikt. Ook moet u bijna elke dag gras en onkruiden plukken en dit aan ze geven. Hieruit vinden ze ook de benodigde voedingsstoffen die ze nodig hebben. Ook kunt u wat bessen en ander soort fruit geven, maar ook insecten zoals meelwormen, buffalowormen, torretjes, mieren en gewone regenwormen vinden ze heel erg lekker. Ook mag je ze gerust wat sla, andijvie, brandnetel, stukje bloemkoolblad of vogelmuur geven. Dit alles hoef je niet persé fijn te snijden. De snavel is scherp genoeg om het zelf in stukjes te snijden. In het wild doen ze dit niet anders en bovendien hebben ze ook nog wat te doen.

Vanzelfsprekend is elke dag vers drinkwater wel een vereiste vooral in de warmere maanden.

In de legperiode is vogelgrit een must voor het verkrijgen van een goede eierschaal. Dit is beslist noodzakelijk als de kwartels niet over een zandbodem beschikken. Het kapot pikken van de eieren is te voorkomen door een paar kunsteieren in de voilere te leggen. De kwartels zijn dan aan deze voorwerpen gewend en zullen minder geneigd zijn om het kapot te pikken. Dit is vooral bij jonge vogels aan te raden.

 

Tijdens de opfokperiode dient u goed siervogelopfokvoer te geven. Het is erg belangrijk dat ook de kuikens elke dag schoon drinkwater krijgen. Gebruik voor de kuikens een laag drinkbakje met wat knikkers erin zodat ze niet kunnen verdrinken als ze er per ongeluk in vallen. Het is mogelijk om kuikens van verschillende leeftijden tijdelijk bijelkaar te houden, maar na enkele weken zullen er te veel grote verschillen in grootte optreden en u dient dan de kleinere kuikens van de grote te scheiden want de kleine zullen het onderspit delven tegen de grote.